De Amerikaanse presidentsverkiezingen 2004

Nog tot de presidentsverkiezingen van 2008


Home
About this weblog
Bronnen
Mail mij
Atom
This gif is freely copyable. Just right click, save Powered by
RSSify at WCC

This page is powered by Blogger. Isn't yours?

donderdag, december 25, 2003
Ik voorspel (met hulp)
Hoog tijd om mij maar weer eens te storten op het om de vier jaar terugkerend gezelschapsspel: voorspel wie de nieuwe president van de Verenigde Staten wordt. Dat doe ik ook nu weer aan de hand van de meestervoorspeller, waarzegger en oud-docent van mij, professor Allan Lichtman van American University. In zijn boek The Keys to the White House heeft hij een methode uitgewerkt waarmee hij van de laatste paar verkiezingen ruim van tevoren de winnaar heeft voorspeld. Zo wist hij dat Vader Bush, terwijl het met hem in de peilingen erg slecht ging, gekozen zou worden als opvolger van Reagan en voorspelde hij al vroeg dat diezelfde Bush niet herkozen zou worden, terwijl hij op de top van zijn populariteit verkeerde na de Golf-oorlog. Interessant genoeg om nog eens naar die methode te kijken, hoe zeer ik ook huiverig sta tegenover het voorspellen van de verkiezingen.
Zijn boek heb ik een aantal maanden geleden al besproken, inclusief de theorie. Ik zal mij daarom nu beperken tot de essentialia. De theorie is gebouwd rondom het uitgangspunt dat de kiezers met hun stem het optreden beoordelen van de afgelopen vier regeringsjaren. Wie de uitdager ook is, hij is slechts van marginaal belang. Lichtman zelf heeft zijn stellingen ook al in stelling gebracht.

Dertien stellingen heeft Lichtman ontwikkeld. Is het antwoord op de stelling bevestigend, dan gaat er een punt naar de kandidaat van de partij die aan de macht is. De theorie heeft alleen voorspellende waarde wanneer de verkiezingen zijn zoals alle andere, dus zonder revolutionaire ontwikkelingen. Daarbij moet aangetekend worden dat zelfs invoering van het algemeen kiesrecht niet revolutionair genoeg was om de theorie onderuit te halen. Maar misschien zou het meedoen van de eerste vrouwelijke presidentskandidaat dat wel voor elkaar krijgen. Maar dat lijkt dit keer nog niet aan de orde.
De stellingen:

1. Na de laatste midterm-verkiezingen heeft de partij die aan de macht heeft meer zetels in het Huis van Afgevaardigden dan in de midterm-verkiezingen daarvoor. Klopt: de Republikeinen wonnen zetels.


2. Er is geen strijd om de nominatie binnen de partij die aan de macht is. Bush is enige Republikeinse kandidaat.


3. De kandidaat van de partij die aan de macht is, is de huidige president. Bush is president.


4. Er is geen belangrijke derde partij of onafhankelijke campagne. Is er nog niet en verwacht ik ook niet. De Green Party is geen belangrijke derde partij, hoe hard iedereen ook roept dat ze verantwoordelijk zijn voor het verlies van Al Gore in 2000. Boven de 5 procent komt waarschijnlijk geen enkele derde partij komend jaar.

5. De economie is niet in recessie tijdens te presidentscampagne. Dit gaat om de korte-termijn-economie en het lijkt er op dat de recessie tot een eind gekomen is. Volgens Lichtman is deze stelling nog een twijfelgeval.

6. De jaarlijkse per-capita economische groei tijdens de afgelopen presidentstermijn is even groot of groter dan die van de twee termijnen daarvoor. Jammer, maar deze stelling klopt niet, onder Clinton ging het enorm veel beter dan nu onder Bush.


7. De zittende partij heeft zorggedragen voor grote veranderingen in het nationale beleid. Er is weinig gebeurd dat de naam “grote verandering” mag hebben. Ook de belastingverlaging is niet iets unieks.

8. Er is geen langdurige sociale onrust tijdens de termijn. Het is inderdaad rustig gebleven in de VS. Geen rellen, geen grote aanhoudende demonstraties.

9. De zittende regering is niet besmet door een groot schandaal. Een groot schandaal is een schandaal dat rechtstreeks terug te herleiden is tot de president of zijn nauwste getrouwen. Is afgelopen vier jaar niet het geval geweest.


10. De zittende regering heeft geen nederlaag geleden op het gebied van buitenlandse politiek of in een oorlog. Twijfelgeval: telt 11 september mee? Toch maar wel.

11. De zittende regering heeft een succes behaald op het gebied van buitenlandse politiek of in een oorlog. Klopt tot op zekere hoogte. Afghanistan en Irak zijn overwinningen. Als Bush in staat is om de rust in Irak te herstellen, dan heet hij deze stelling in de zak.

12. De zittende president heeft charisma of is een oorlogsheld. Nee. Franklin D. Roosevelt had charisma, Eisenhower was een oorlogsheld. Bush valt niet in deze categorie.

13. De kandidaat van de uitdagende partij heeft charisma of is een oorlogsheld. De Democratische kandidaat is nog niet gekozen. Maar charisma heeft geen van de negen uitdagers en of oorlogsveteranen Wesley Clark en John Kerry voor oorlogsheld mogen doorgaan is de vraag, net als de kans dat zij het tot Democratisch kandidaat schoppen.

Dus de stand is als volgt:
Bevestigend: 1, 2, 3, 4, 8, 9, 11, 13
Ontkennend: 6, 7, 10, 11
Onzeker: 5

Ik vermoed dat de korte termijneconomie zal verbeteren, dus dat stelling 5 alsnog in de bevestigende kolom terecht komt. Twijfelpunt blijft de situatie in Irak, maar daar staat nog steeds het succes in Afghanistan en het initiële succes in Irak tegenover. Als we het zaakje optellen, dan wordt president Bush volgend jaar november herkozen, wonderen en dramatische ontwikkelingen uitgezonderd.




© Marc van Gestel 2003 - 2004