De Amerikaanse presidentsverkiezingen 2004

Nog tot de presidentsverkiezingen van 2008


Home
About this weblog
Bronnen
Mail mij
Atom
This gif is freely copyable. Just right click, save Powered by
RSSify at WCC

This page is powered by Blogger. Isn't yours?

zondag, juli 25, 2004
Hoe Kerry kan winnen
Erg interessant artikel in The Nation van de hand van Kevin Phillips, die al in de jaren zestig voorzag dat een Republikeinse meerderheid de decennia daaropvolgend zou overheersen (The Emerging Republican Majority, 1969). Phillips begon zijn carrière als specialist in verkiezings- en stempatronen voor president Nixon. Hij was de uitvinder van de term Sun Belt, de zonnige staten waarin oudere conservatieve Amerikanen zich vestigden en een belangrijk Republikeins stemblok vormden. Zijn heldere inzichten maakten hem tot de Republikeinse verkiezingstheoreticus van de tweede helft van de vorige eeuw.
Met uitzondering van Carter, een late reactie op Watergate, hebben Republikeinen inderdaad tot in de jaren negentig de Amerikaanse politiek overheerst. Maar Phillips ziet in de twee presidenten Bush dat het verval van het Republikeinse machtsblok is ingezet. Kortom: John Kerry maakt een goede kans. Mits hij het goed speelt.
Daarvoor moet Kerry niet alleen inspelen op de gevoelens van de kiezers die alleen Bush weg willen, hij moet ook inzetten op het losweken van de Republikeinse kiezers die niet muurvast aan de partij zitten. En dat zijn er volgens Phillips nogal wat. Terwijl president Bush zich concentreert op zijn basis, moet John Kerry zich gaan richten op de Republikeinse "onbasis." Dat is de grote groep naar Republikeinse kandidaten neigende kiezers die in 1992 op Ross Perot stemden, in 2000 in de voorverkiezingen op John McCain en in iets mindere mate in 1992 op Patrick Buchanan. Dat is een groep van tussen de 10 á 25 procent kiezers die op Ross Perot en McCain stemden om de volgende campagnestandpunten:
• Campagne en verkiezingshervorming
• Oppositie tegen religieus rechts
• Hekel aan lobbyisten in en uit Washington
• Oppositie tegen belastingvoordelen voor vooral de bovenklasse en tegen enorme tekorten
• Kritiek op big business en de topmanagersgroep
Dat zijn allemaal standpunten waar veel Democraten zich ook in kunnen vinden, meer in ieder geval dan de door lobbyisten gesteunde regering van Bush. Het economisch nationalisme van Perot en Buchanan (tegen het outsourcen van banen, tegen NAFTA) en de kritiek op het Irak-beleid van beide Bushes resoneren ook in brede Democratische kring.
Het is op die groep waar Kerry zich moet concentreren en weet hij die in zijn kamp te trekken, en dat kan hij doen zonder al teveel van zijn eigen programma te moeten inleveren, en hij doet het in de aantallen die Ross Perot en McCain naar de stembus kregen, dan is de herverkiezing van Bush ten dode opgeschreven. Maar daarvoor moet Kerry de bokshandschoenen aantrekken en met dezelfde oprechte woede als die Howard Dean tentoonspreidde in de voorverkiezingen de aanval tegen Bush opzoeken.
Het hele verhaal staat hier.




© Marc van Gestel 2003 - 2004